Wat betekent de afschaffing van de bouwvrijstelling voor mijn paardenproject?

Het is initiatiefnemers van een project niet ontgaan dat de uitspraak op 2 november van de Raad van State alles flink overhoop heeft gegooid. Waar de afgelopen tijd de stikstofdepositie van de aanlegfase van je project niet meegenomen hoefde te worden in de beoordeling voor een vergunning, is dit nu wel weer het geval en dat heeft gevolgen voor vrijwel elk project waarvoor de vergunningen nog niet onherroepelijk zijn verleend en bestemmingsplannen die nog in procedure zijn.
 
Als je nog niet helemaal bekend bent met deze materie is het vrij taaie stof, maar we gaan bij deze proberen om het zo duidelijk mogelijk uit te leggen. Daarom beginnen we bij de achtergrond van dit besluit en wat er nu daadwerkelijk is gebeurd om vervolgens in te zoomen op de gevolgen hiervan voor paardenhouderijen.

image

Hoe het was

De bouwvrijstelling trad op 1 juli 2021 in werking om bouwactiviteiten makkelijker te vergunnen ten aanzien van de stikstofuitstoot en de Wet natuurbescherming. Omdat in veel Natura 2000-gebieden de kritische depositiewaarden voor stikstof al werden overschreden, was het moeilijk om een natuurvergunning te krijgen voor de ontwikkeling van nieuwe projecten waar de stikstofuitstoot tijdelijk zou toenemen. De overheid koos voor het zogeheten ‘geitenpaadje’: een mogelijkheid om toch plannen te kunnen blijven ontwikkelen. Met de bouwvrijstelling had je voor de aanlegfase van je project of plan in ieder geval geen natuurvergunning meer nodig.
 
Over een tijdelijke toename van de stikstofdepositie hoefde je je als projecteigenaar dus geen zorgen te maken. Met die bouwvrijstelling was alleen de toename van stikstof ná de ontwikkeling van belang, dus vanaf het moment dat het project helemaal klaar is. Voor projecten en plannen was dit heel handig, tot de vraag rees of deze bouwvrijstelling wel op Europees niveau was toegestaan op het moment dat de kritische depositiewaarden voor stikstof worden overschreden. Lang verhaal kort: de Raad van State oordeelde van niet. Met als gevolg dat de bouwvrijstelling geschrapt moest worden.

image

Gevolgen wegstrepen bouwvrijstelling

Wanneer er in je nieuwe plan of project sowieso sprake is van een toename van de stikstofdepositie in de gebruiksfase, dan zijn de gevolgen van deze verandering minder groot. Je moest dan immers al voor de gebruiksfase aantonen op welke manier je aan de Wet natuurbescherming voldoet (door een natuurvergunning, intern of extern salderen). Wanneer de depositie in de gebruiksfase (dus als je plan klaar is) hoger is dan die van de aanlegfase dan zorgt dit meestal niet voor belemmeringen. De hoogste uitstoot is namelijk bepalend bij de beoordeling van de Wet natuurbescherming.
 
Maar voor alle plannen en projecten die nu in procedure zijn of waarvan de aanvragen in behandeling zijn heeft de verandering gevolgen. De ontwikkelaars moeten alsnog aantonen dat tijdens de aanlegfase geen sprake is van een verhoging van de stikstofdepositie. En dit gaat heel ver, waar je eigenlijk als paardenhouder (zowel particulier als ondernemer) niet zo bij stilstaat. Hieronder enkele praktijkvoorbeelden die we deze maand al aan de hand hebben gehad:

  • Voor de vergunningaanvraag van een buitenbak met omheining heb je een bouwvergunning en een aanlegvergunning nodig. In de gebruiksfase is geen sprake van stikstofuitstoot. Tijdens de aanlegfase is er juist wel sprake van activiteiten die stikstofuitstoot veroorzaken. Want wat denk je van al die vrachtwagens met zand die aan- en afrijden en de elektrische grondboor.
  • Voor het plaatsen van een hekwerk rondom een dierenverblijf (paarden, pony’s, schapen, geiten, etc.) heb je met enige regelmaat ook een vergunning nodig. Ook bij deze aanvraag moet dus aangetoond worden dat de vrachtwagen en de machines niet zorgen voor een verhoging van de stikstofuitstoot.
  • Ga je een overdekte longeercirkel of stapmolen bouwen? Ook dan moet je dus voor alles tijdens de bouw de stikstofuitstoot onderzoeken.
  • De bouw van één woning in het buitengebied had tijdens de gebruiksfase geen verhoging van de stikstofuitstoot. Toch moeten we alsnog aantonen dat ook tijdens de aanlegfase er geen sprake is van een verhoging.

Kortom, bij iedere activiteit waarvoor je een vergunning aan moet vragen of het bestemmingsplan moet wijzigen moet je aantonen dat de stikstofdepositie niet vergroot wordt, dit kan enkel door het aanleveren van een AERIUS-berekening. Dit geldt dus niet alleen voor bedrijven, maar ook als je je paarden aan huis hebt.

image

Aanpak paardenproject natuurvergunning

Voordat de bouwvrijstelling in werking trad moest je bij elk project of iedere aanvraag een AERIUS-berekening maken en dat moet nu dus weer. Zit je tegen een Natura 2000-gebied aan dan is de kans groot dat je een natuurvergunning nodig hebt. Als uit de AERIUS-berekening namelijk komt dat je meer dan 0,00 mol/ha/jaar stikstof neerdaalt op een stikstofgevoelig beschermd gebied dan moet je maatregelen treffen. Daarbij is de omvang van je project van belang, de afstand tot een Natura 2000-gebied en bepaalde maatregelen die je al neemt, bijvoorbeeld het gebruik van elektrische machines en elektrische transportmiddelen. Kom je met je AERIUS-berekening uit op 0,01 mol/ha/jaar of meer dan betekent dit niet dat het bouwproject helemaal niet mag doorgaan, maar er een natuurvergunning (middels intern of extern salderen) moet worden verleend voordat je daadwerkelijk mag starten. Een natuurvergunning is niet nodig wanneer je intern saldeert. Je kan dan een positief weigeringsbesluit aanvragen bij de provincie. Deze heeft naar aanleiding van een andere recente uitspraak van de Raad van State dezelfde status als een natuurvergunning.


Uitzonderingen stikstofonderzoek

Deze wijziging heeft vooral invloed op vergunningsaanvragen en bestemmingsplanwijzigingen van lopende projecten. Voor de projecten die vergunningsvrij mogen plaatsvinden bijvoorbeeld binnen je bouwblok, geldt dit nog niet, helaas schrijven we hier ‘nog niet’ want er verandert zoveel omtrent stikstof dat we dit niet in de toekomst kunnen garanderen. Voor de omgevingsvergunningen die al zijn verleend en waar geen bezwaar of beroep meer tegen kan worden ingediend, ook wel onherroepelijke vergunningen genoemd, zijn geen gevolgen. Deze kunnen gewoon nog op de oude voet doorgaan. Bij de lopende projecten hangt het per geval af wat de gevolgen hiervan zullen zijn.


Tips voor een positief resultaat

Voor paardenbedrijven die graag bij willen bouwen is dit dus niet zulk goed nieuws, maar voor de VAB-locaties waarbij je een varkens- of koeienbedrijf om gaat bouwen tot paardenhouderij is het verhaal gelukkig een stuk positiever. Bij het beëindigen van deze activiteiten - die vaak tot veel meer stikstofdepositie leidde - mag deze stikstofafname worden meegenomen in de berekening. Dit wordt ook wel intern salderen genoemd. Wanneer nieuwe activiteiten tot minder negatieve natuurgevolgen leiden is de kans groter dat er een omgevingsvergunning wordt verleend. Intern salderen blijft voorlopig de meest effectieve oplossing voor het verkrijgen van een bouwvergunning. Maar daarnaast kan je ook creatief omgaan met de volgende punten om minder hoog op de stikstofladder uit te komen:

  • Maak gebruik van elektrische machines en apparatuur.
  • Voer projecten gefaseerd uit.
  • Zorg dat de bouw zo veel mogelijk plaatsvindt in de fabriek om de bouwperiode te verkorten en zo min mogelijk activiteiten mee te hoeven nemen in je berekening.
  • Ga bouwen op een locatie die bemest mag worden. Door te bouwen en niet meer te bemesten komt er stikstofruimte vrij die je kunt inzetten via intern salderen.

Heb je nog vragen over dit onderwerp? Stel ze ons gerust!

Heb je nog vragen? Ik sta graag voor je klaar.

Feije Smies - van Eijndhoven

Feije Smies - van Eijndhoven

Expert en strategisch adviseur hippische ruimtelijke ordening